Ieder jaar helpen we bij de organisatie van de 24uurs wedstrijd. Rob is verantwoordelijk voor de ict voorzieningen bij de Visch afslag in Medemblik. Omdat de uitslagen pas na de wedstrijd worden verwerkt is het niet noodzakelijk dat bij de start alles al werkt. Toch is het wel handig dat alles tijdig draait. Je wilt immers niet op het laatste moment geconfronteerd worden met problemen.
Dus vertrekken we vrijdag aan het einde van de middag. Er is nauwelijks wind en we willen niet te laat aankomen dus we motoren erheen. Tegen onze verwachting in zijn er nog geen andere kustzeilers boten, behalve die van Klaas Jan, voorzitter van het 24uurs comité. De overige walbemanning is er inmiddels wel, maar die rijden naar huis of slapen in het hotel. Het is zoals altijd een gezellig weerzien.
We eten gezamenlijk buiten bij Brakeboer. Ondertussen is de wedstrijd gestart. We zien nog net enkele boten bij de startlijn van Medemblik vertrekken. Dat zijn er maar een paar want in deze wedstrijd kun je op heel veel plekken rond en op het IJsselmeer starten. Ook starten de klasse op verschillende tijden. Voorwaarde is wel dat je 24 uur later hier in Medemblik finisht.
Na het eten gaan wij aan de slag om het netwerk aan te leggen en de computers te testen. Heel even lijkt het erop dat we tekort aan werkplekken krijgen als er twee laptops overleden blijken te zijn. Na het nodige gepruts lukt het Rob om er toch nog een tot leven te brengen en komen we exact uit. Voor volgend jaar moeten er echt een paar nieuwe bij komen. Klaas Jan zegt toe dat te regelen.
Rond 11:00 zijn wij klaar en ook de anderen zijn klaar met hun taken voor vandaag. Behalve dan de PR commissie want die blijft de hele 24 uur verslag doen van de wedstrijd op internet en Facebook.
We vertrekken rond een uur of tien. Het is bijna 30 mijl en we moeten ook nog een sluis en brug door. Op de Veluwe meren proberen we heel even te zeilen, maar ondanks dat er windkracht vijf staat is er hier geen beginnen aan. De begroeiing langs de kant houdt de wind tegen zodra de wind ook maar iets minder recht van achteren komt.
Bij de Roggebotsluis moeten we bijna 30 minuten wachten. Goed aanleggen kun je er niet, dus we blijven rustig dobberen. Hier is wel wat wind, maar met de kont naar de wind en af en toe de motor even stationair in zijn achteruit liggen we als een huis.
Eenmaal weer op het Ketelmeer kunnen we eindelijk zeilen. Het is een klein uurtje tot aan de brug. We missen de brug, maar ze draaien om de 20 minuten dus dat is zo gedaan. Nu hebben we in ieder geval wel een brugwachter :-).
Op het IJsselmeer staat wind westelijker dan we hadden gedacht. Het is scherp aan de wind en met de gangboorden bijna in het water scheuren we naar Enkhuizen. Op het laatste stuk moeten we eigenlijk kruisen, maar we willen ook nog even naar het clubgebouw. Met deze golven kunnen we ook niet heel efficiënt kruisen, dus het laatste half uur zetten we toch maar de motor aan.
In de haven aanleggen, opruimen, snel naar huis en terug naar het clubgebouw. Om 18:00 lopen we binnen. Nog een half uur te gaan ;-). Daarna lekker met vrienden eten bij Bok. Rustig weekend, weinig gezeild, maar wel gezellig!
Rond 10:00 gaat het anker op en vertrekken we op ons gemak richting de Roggebotsluis. Het regent licht en het waait aardig door. Nabij de kust van de Flevopolder valt de wind grotendeels weg door de dijk.
Vlak voordat de IJssel uitmondt in het Ketelmeer slaan we stuurboord (rechts) uit. De Veluwemeren op. Zeilen is hier nauwelijks mogelijk. We hebben wind tegen en de vaargeul is hooguit 50 meter breed. Daarnaast is het ofwel ondiep of dichtgegroeid met waterplanten. In dit geval vooral ondiep.
Het is al met al toch verder dan we denken en nog ruim een uur onderweg richting sluis. Ook het deel van sluis naar Elburg hebben we onderschat. Ook dat is ruim een uur varen. Niet dat dat erg is. We varen zelden zo langs het groen en zo zie je nog eens wat. Meestal zien we alleen water met in de verte een vage kustlijn.
In Elburg hebben we geen idee waar we moeten zijn. We varen de haven maar in zo ver als we kunnen. Er is een kleine kade waar je aan kunt liggen, de rest zijn allemaal boxen. De boxen geven door middel van rode en groene bordjes aan of je er gebruik van kunt maken. Zo makkelijk kan het zijn dus. We pikken een box met een zij-steigertje uit vlak bij het centrum en leggen aan.
Voor de zekerheid loopt Rob meteen naar het havenkantoor. Als hij binnenloopt staat hij niet bij een balie, maar direct in het kantoor. Blijkt dat je hier je ligplaats gewoon betaalt bij een automaat waar je ook de parkeerticket voor de auto afrekent. Tja, dat kan natuurlijk ook.
Even schoon schip maken en dan de stad in. Het is een echt vestingsstadje (althans het oude deel waar we waren). Omringd door een gracht met hier en daar nog stadsmuren. Super toeristisch natuurlijk, maar gezellig. We schieten meteen een terrasje op omdat het begint te regenen dat snel overgaat in miezeren.
Even later lopen we verder en aan het einde van de winkelstraat lopen we een winkel in voor een kaart voor Corry haar zus die aan het revalideren is. Hey, ze hebben hier heel veel schepdrop. Eten we nooit, maar nu besluiten we een zak te kopen. Nadat we wel 15 verschillende soorten drop uitgezocht hebben rekenen we af en gaan naar buiten. Rob wil natuurlijk weer perse het dropje onderaan in de zak en pakt de punt en kop van de zak om er flink mee te schudden. Dat was niet zo handig. Na twee keer schudden scheurt de zak open en alle drop vliegt door de regen zo de straat op… Nou ja, zo worden we in ieder geval niet misselijk.
Dan maar doorwandelen. De regen maakt het echter niet aantrekkelijker. Over de stadswal lopend hebben we nog wat beschutting van de bomen. Daar zien we een kleine, geheel afgesloten, begraafplaats van joodse mensen. Blijkbaar allemaal mensen die hier werkten en woonden en in de oorlog zijn gestorven dan wel direct afstammelingen van hen die in de oorlog zijn overleden.
Vanwege de regen houden we het verder voor gezien. We gaan terug naar de haven en drinken nog wat bij ‘De Herberg’. Een restaurant dat net buiten de vesting aan de haven ligt. Het giet inmiddels pijpenstelen en gezien de voorspelling op Buienradar gaat dat voorlopig niet meer veranderen. Uitzitten heeft niet zo veel zin. Dan maar nat. Gelukkig is het niet zo ver naar de boot.
Aan boord drogen we ons en schieten we in lekker zittende kleding. We zitten de regen binnen met een boekje uit. Dan komt rond een uur of 18:00 de zon voorzichtig te voorschijn. We dweilen de kuip en kunnen nog een uurtje of twee lekker buiten zitten. Daarna nog even Netflix kijken en naar bed.
Dit weekend hebben we een anders dan andere bestemming voor ogen. We waren eerst van plan om naar Kampen te gaan, maar besluiten op het laatste moment om naar Elburg te gaan. Dat ligt aan de Veluwe meren en de laatste keer dat we daar gevaren hebben is minstens 20 jaar geleden. In Elburg zelf zijn we nog nooit geweest.
Er staat voor de komende dagen veel wind dus besluiten we om op vrijdag te vertrekken, zaterdag vooral in Elburg te zijn en zondag weer terug.
Rond half vijf in de middag vertrekken we. We moeten door de Ketelbrug en die wordt tussen 16:00 en 18:30 niet bediend. De planning is om daar net op tijd te zijn of de volgende opening van 18:50 te nemen. Sponky heeft er zin in. Met 12 tot 15 knopen halve wind varen we continue boven de 6,5 knopen door het water. Het is 13 mijl varen, dus twee uur om de brug te halen is krap maar haalbaar (1 knoop = 1 mijl per uur).
Het is heerlijk weer. Niet koud, niet warm en een waterig zonnetje. We genieten ervan. In de buurt van de brug zien we al een andere boot wachten. Nu we er bijna zijn (en op tijd) willen we dan ook maar meteen door. De wind valt echter langzamerhand weg en voor de laatste mijl starten we de motor om op tijd te zijn.
Ondertussen is het 18:32. Hm… Geen slagboom naar beneden en de bedieningslichten staan nog steeds op dubbel rood. Dat betekent dat er geen bediening is. Dat klopt wel tussen 16:00 en 18:30, maar dat ze nu nog aan staan is toch verdacht. We weten niet zeker of de andere boot de brug heeft opgeroepen, voor de zekerheid doet Rob dat. Geen gehoor. Dan maar bellen. Er is ook een speciaal nummer voor de burg. Ook geen gehoor…
Hm… Inmiddels is het 10 over half zeven. We roepen de andere boot aan en die weet het ook niet. De website van Rijkswaterstaat geeft niets bijzonders aan. Er zou gewoon bediend moeten worden. Inmiddels is een derde boot aangekomen en gezamenlijk wachten we op de bediening van 18:50. De brug wordt in principe iedere 20 minuten bediend tot 20:30. Wellicht is alleen de eerste opening uitgevallen. Ondertussen zoeken zowel wij als de andere boten naar een telefoonnummer dat wel reageert.
Om 18:50 gebeurt er opnieuw niets. We twijfelen tussen weggaan en wachten. Eindelijk vinden we een algemeen telefoonnummer van Rijkswaterstaat. Net als Rob iemand aan de lijn heeft komt een andere boot langszij. Ze hebben Rijkswaterstaat ook aan de lijn. Er blijkt geen brugwachter voorhanden te zijn… Mogelijk kunnen ze om 20:20 (de laatste bediening) een brugwachter organiseren. Let wel. Dat is niet zeker.
We kijken elkaar aan. Wachten klinkt niet logisch. Maar wat dan? Urk, Lelystad of hier ergens voor anker? Dat laatste is niet echt aantrekkelijk gezien de wind en de daarmee gaande golven. Er is geen beschutting en de wind staat straks vanaf het open water. Dat wordt nooit lekker slapen.
We besluiten naar Urk te vertrekken. Op dat moment komt de derde boot langszij. ‘We hebben ook Rijkswaterstaat gesproken. Over 30 minuten wordt er bediend! Absoluut zeker. Net bevestigd.’
Nou, dat hopen we dan maar. We blijven rustig dobberen waar we liggen. Na 20 minuten springen de beide bedieningslichten van dubbel rood naar rood groen. Binnenkort open!
Iets voor achten varen we met de drie boten door de geopende brug. We zwaaien naar de brugwachter die we niet zien, maar over de marifoon klinkt een gemeend ‘Bedankt en nog een prettige avond!’
Wij varen door naar het IJsseloog. Dat is een kunstmatig eiland in het Ketelmeer dat ze gebouwd hebben om er 2 meter vervuild slip uit het Ketelmeer in op te slaan. Op het eiland zelf mag je niet komen, maar ze hebben er nog een klein eilandje naast gelegd dat gescheiden wordt door een dunne strook water. Daar gaan we voor anker.
Er liggen maar weinig boten en het ziet er idyllisch uit ondanks dat het licht begint te regenen. De eilandjes zijn flink begroeid en met enige fantasie waan je je ergens in het Caribische gebied. Al is de temperatuur daar wel iets hoger ;-). We blijven lekker in de kuip zitten tot laat in de avond en duiken dan het bed in.
Om
11:00 verlaten we de haven. Er staat een dikke 4 en we houden zolang als het
kan de vaargeul aan. Gelukkig zien we daarna ook geen waterplanten meer en de
snelheid blijft redelijk op peil. Het is een kleine 15 mijl varen en we hebben
geen haast. De wind is wat vlagerig en soms liggen we flink op een oor.
Uiteindelijk reven we een stukje van het grootzeil weg want binnen kun je niet
meer met goed fatsoen staan.
Vijf mijl voor de sluis ontvangen we het eerste app’je al. Ditmaal van Cora. “Welkom in (bijna) Enkhuizen”. We kunnen vlotjes door de sluis. In de haven worden we hartelijk welkom geheten door een van de havenmeesters vanaf de steiger. Bij het afmeren om te tanken neemt Dick, jarenlang commissielid in de wedstrijdcommissie en informeel patroon van de vereniging, de lijnen aan. Thuiskomen is hier ook echt thuiskomen!
Na het tanken schuiven we iets op zodat we nog wel aan de kade liggen, maar niet meer voor de pomp. Zo kunnen we makkelijk spullen van boord halen. Rob haalt een karretje om het reddingsvlot dat we gehuurd hebben bij Joosten meteen terug te brengen. Daarna kunnen we gemakkelijk de spullen overladen van boot naar kar en naar de auto brengen die we voor de vakantie op de haven hadden gezet. In nog geen 10 minuten zijn we klaar. Vooral heel veel wasgoed, de camara’s en nog wat spullen uit de koelkast.
Daarna
leggen we Sponky veilig in zijn box, sluiten we de stroom aan en gaat na drie
weken de vlag eraf. De vakantie zit erop.
Al dagen wordt er de hele dag zware regen en onweer voorspeld. Het is echter mooi blauw als we wakker worden. In de loop van de ochtend betrekt het, maar meer dan een spatje regen valt er niet. In de loop van de dag wordt de periode van het begin van het onweer steeds verzet tot het moment dat er geen onweer meer wordt voorspeld. Heb je ook wat aan 😉
We doen vandaag boodschappen bij Dirk van der Broek. Die blijkt vlak bij de haven te zitten en daar zijn we nog nooit geweest. Handig zo dichtbij, maar een prettige winkel is het niet. Of het nu het moment is, het type klanten dat er komt of de wijze waarop de schappen zijn ingedeeld. Dat weten we niet, maar het was onrustig, mensen liepen tegen je aan en de spullen lagen niet logisch ingedeeld. We waren blij toen we weer buiten stonden.
We overwegen om naar het Volendams museum te gaan maar na een bezoek aan hun website haken we af. Zo te zien gaat het alleen om klederdracht en het ziet er allemaal wel erg commercieel uit. Ook niet zo vreemd natuurlijk hier. Bovendien is Volendam zelf toch een museum. We vertrekken weer naar de Dijk. Op de dijk naar Café de Dijk.
Morgen zijn we weer thuis, maar we gaan niet uit eten en blijven lekker aan boord. Het voorspelde slechte weer laat zich nu volledig afweten en we kunnen nog geruime tijd lekker in de kuip zitten met een zonnetje in onze rug.
We vertrekken rond 8 uur naar de sluizen van IJmuiden. Daar kunnen we meteen door en we motoren door naar de Oranjesluizen in Amsterdam. Sommige boten in het kanaal proberen te zeilen. Er staan wind genoeg (5 bft), maar wij beginnen er niet aan. Door de vele bebouwing heb je zo wel wind en zo weer niet. Dat schiet bepaald niet op en zo mooi is het Noordzee kanaal ook weer niet.
Bij de sluizen in Amsterdam kunnen we meteen door. Daarna 20 minuten wachten op de Schellinghouterbrug. Want die ging net dicht toen wij de sluis uitkwamen…. Wachten betekent daar dobberen want aanleggen kun je daar niet. Maar 20 minuten is zo voorbij. Direct na de brug is het zeilen hijsen en richting Markermeer.
Altijd oppassen voor tegenliggers in het kanaal 🙂
Met de 20 kopen wind op de kont varen we bijna 7 knopen door het water. Wetende dat het Markermeer aan het dichtgroeien is met Fonteinkruid blijven we dicht tegen de vaargeul aan. Het helpt niet. Zodra we het IJ uitkomen zien we de snelheid,ondanks dezelfde wind, steeds verder terug lopen. Als we nog maar 3,5 knoop varen zetten we de motor aan en varen we schuin op de wind naar achteren. Er komt een compleet eiland van wier onder de boot vandaan. Grrr! Tot aan het Paard van Marken (vuurtoren) moeten we dit nog zeker twee keer herhalen. Ondertussen begint het steeds harder te waaien en moeten we reven. Hoe hard het ook waait, qua snelheid wordt het niet beter.
Na het Paard dachten we van de waterplanten af te zijn. Het lijkt hier echter juist erger! Terwijl we van het Paard naar Volendam varen komen we vrijwel tot stilstand. Diverse keren slaan we achteruit. Heel even maken we dan weer snelheid om vervolgens vrijwel weer tot stilstand te komen. We wijken steeds verder uit richting het IJsselmeer, maar het lijkt niets te helpen. Ondertussen zie je overal de waterplanten boven het water uitsteken. Ondanks dat het 3,5 meter diep is.
Uiteindelijk hebben we geen andere keus dan met de motor op vol vermogen met maximaal 2 kn snelheid naar de vaargeul bij Volendam te varen. Daar slaan we nog een keer achteruit en kunnen we weer normaal snelheid maken. Hier komen we echt niet meer voordat het oktober is en de planten weer afsterven.
Bij het invaren van de haven sukkelt er een ander schip voor ons. Als we langs varen meldt de Duitser dat hij motorproblemen heeft. Wij denken dat hij net als wij gewoon een tapijt onder zijn boot heeft hangen en melden dat in het Engels inclusief dat hij even achteruit moet varen. Hij lijkt het echter niet te begrijpen of verstaat het niet in de inmiddels 25 knopen wind. Enfin, hij vaart nog. In de haven hoort hij vast van iemand anders of heeft hij geluk en slaat hij zelf achteruit bij een box in of uit varen.
Hier kunnen we niet betalen met de Blue Water app dus maken we ons gangetje naar het havenkantoor. Corry had al vooruit gebeld voor de box dus we zijn bekend. We hebben meteen maar twee nachten geboekt. Doen we eigenlijk de hele vakantie al en met het onweer morgen is dat zeker een goed idee. Van Peter van de Dancing Queen krijgen we een appje met welkom in Volendam. Ook al zit hij uiteraard gewoon in Enkhuizen :-). We worden op de voet gevolgd. Met de AIS van tegenwoordig weet iedereen waar je bent.
We lopen naar de stad en zakken neer bij het ons bekende Café De Molen aan de dijk. Hier begonnen we onze vakantie. Als we daarna boodschappen hebben gedaan en in de haven terug komen zien we een boot die net een box in wil varen. Of hij nu verkeerd aanvaarde of het met opzet deed weten we niet, maar ineens vaart hij vol gas bijna 30 meter achteruit. Onder de boot komt een compleet voetbalveld aan fonteinkruid te voorschijn. Het is nog een wonder dat hij eerder vooruit kwam. Havens als dit gaan het niet overleven als hier niet iets aan wordt gedaan. Dat is inmiddels ook wel te merken. Waren er vroeger altijd ligplaatsen te kort. Nu krijgen ze op het Markermeer de havens niet meer gevuld. In de periode mei t/m september heb je als zeilboot hier eigenlijk niets meer te zoeken. Doodzonde.
We kunnen nog even in de kuip zitten, maar dan begint het toch te regenen. We gaan lekker binnen zitten en eten pizza uit de oven.