Voordat we vertrekken doet Rob nog extra boodschappen bij de supermarkt. Even flink sjouwen met flessen, maar dat is goed voor de conditie. Aan boord met dit weer in de kanalen beweeg je ook niet veel. Dus hup… sjouwen maar 🙂
We trekken verder door de kanalen en varen uiteindelijk het Lauwersmeer op. Direct na de laatste brug is een jachthaven en daar willen we tanken. De diesel gaat er op deze manier aardig doorheen. Het is echter een bemand tandstation en er is niemand. Zelf even tanken met de pin zit er niet in. We bellen naar de jachthaven, maar op zondag wordt hier niet bediend. Sterk nog, ze nemen niet eens de telefoon op. Op het bandje klinkt dat er in het weekend op de zaterdagochtend iemand aanwezig is en verder niet. Bijzonder. Het is best een grote haven. Daar verwacht je toch in het weekend een havenmeester? In de afgelopen periode hebben we wel al gemerkt dat het Friesland er toch anders aan toe gaat dan op het IJsselmeer en in zeehavens. Enfin, we redden nog wel even, maar het zou wel fijn zijn als we binnenkort ergens kunnen tanken.
We varen het Lauwersmeer op dat kleiner is dan we hadden verwacht. Het is er wel supergezellig met honderden bootjes die rondvaren. We hijsen de zeilen zodra we de smalle vaargeul uit zijn en zeilen richting de sluizen. Ongeveer een mijl voor de sluizen gaan we voor anker. Er wordt in de buurt ge-kite en gezeild met boten voorzien van foils. Dat zijn een soort kromme zwaarden (dunne kiel die je op kunt halen) waardoor de boten niet door het water, maar boven het water zweven. Die gaan dan echt heel hard. Je moet wel goed je evenwicht bewaren anders lig je in het water 🙂
We liggen prinsheerlijk in het zonnetje en genieten van het waterspektakel om ons heen. Het lijkt wel of er iets van wedstrijden zijn want iedereen blijft op en aan varen. Er worden echter geen duidelijke vastomlijnde koersen aangehouden dus het zal wel trainen zijn. We maken ons in ieder geval geen zorgen dat we in de weg liggen. Iedereen zwaait ook vriendelijk, dus dat zal wel ok zijn. Naar mate de avond vordert verdwijnen de kleine bootjes en ook de andere boten die in de buurt geankerd zijn vertrekken. Aan het eind van de avond hebben we (in ieder geval dit deel) het water alleen voor ons.