Vanuit Franker is het niet ver meer naar Harlingen. Alle bruggen draaien keurig voor ons, maar bij de sluis die toegang geeft tot de haven van Harlingen moeten we lang wachten. We kunnen er niet aanleggen en hoewel er hier vrijwel geen wind staat er wel een stroom van 1,5 knoop door het spuien. We roepen de sluis op, maar krijgen geen gehoor. Geen idee. Er komt nog wel een binnenvaartschip door de sluis, maar wij mogen er niet in. Vast een sluiswachter met een hekel aan jachtjes grappen we al.
Uiteindelijk liggen we drie kwartier te wachten, maar dan mogen we toch door. We varen de veerboothaven door en schieten meteen buiten de Boontjes, de smalle geul richting het IJsselmeer, in. Het is prachtig weer met wind van achteren. Rob wil ds meteen de spi erop. Helaas staat er echt te weinig wind. Het beetje stroom wat we mee hebben haalt ook de laatste wind weg.
Na een uur hebben we één mijl afgelegd. Met dank aan de stroming. De spi moet er toch echt vanaf en de rest naar Kornwerderzand doen we op de motor. Morgen gaan we naar de sauna in Makkum, maar vandaag gaan we lekker voor de kust voor anker. Direct na de sluizen slaan we bakboord uit richting de dijk. Daar is het zoeken naar een plekje. Half zeilend Nederland was op hetzelfde idee gekomen. We vinden een plekje waar we nog enige ruimte hebben, maar al snel komen er nog meer boten bij en liggen we hutje mutje. Hopelijk gaan er straks nog wel wat weg. We komen hier wel voor onze rust!
Morgen gaan we dan wel naar de sauna. Vandaag kunnen we daar alvast aan wennen, want ook in de kuip is het net een sauna. De hemel is blauw en de zon is fel. Het is bloedheet. Gelukkig hebben we ook nu de koelkast weer gevuld met ijblokjes. En zo zitten we opnieuw, net als een paar weken geleden hier heerlijk aan de Aperol Spitz met ijsklontjes. Wie maakt ons wat 🙂